fbpx
/>

Een fiscaal interessante wijze om geld uit uw vennootschap te halen bestaat erin een schuld op rekening-courant op te bouwen binnen de vennootschap (via het toekennen van een lening, de verkoop van activa, de boeking van een niet-uitbetaalde dividenduitkering of kapitaalvermindering, enz.). Gebruikelijk komt het erop neer dat de bedrijfsleider een lening toestaat aan de vennootschap (een rekening-courant credit of RC-Credit).

De interesten die de vennootschap betaalt op de lening, zijn (binnen de hieronder vermelde grenzen) aftrekbaar. Bij de uitbetaling van de interesten dient de vennootschap roerende voorheffing in te houden. Deze roerende voorheffing bedraagt 30%. Deze uitbetaling van interesten is voordeliger dan pakweg een uitkering van een bezoldiging (sociale bijdragen en progressieve tarieven personenbelasting) of van dividenden door de vennootschap (niet aftrekbaar als kost in de vennootschap).

Bij toekenning van interesten moet er wel rekening gehouden worden met een eventuele herkwalificatie van de interesten in dividenden. Dit zal zich voordoen wanneer één van de volgende limieten overschreden wordt:

  • In de mate dat het om een “overdreven interest” gaat. De fiscale wetgever heeft de maximale intrestvergoeding duidelijk afgebakend voor niet-hypothecaire leningen zonder looptijd zoals een RC-credit.
    De marktconforme  intrestvergoeding voor de leningen RC-credit wordt gedefinieerd door de MFI[1]-rentevoet die  de Nationale Bank hanteert voor leningen tot € 1.000.000 met variabel tarief en een initiële rentebepaling tot een jaar, verstrekt aan niet-financiële vennootschappen gesloten in de maand november van het kalenderjaar waarop de intresten betrekking hebben. Deze MFI Rentevoet wordt vervolgens verhoogd met 2,5 percent om zo maximale intrestvoet te bekomen.
    Voor interesten die betrekking hebben op het kalenderjaar 2021 bedraagt dit MFI-rentetarief 1,57% (rentevoet van november 2020). Interesten die u aanrekent op een rekening-courant, zijn bijgevolg niet langer aftrekbaar voor een vennootschap in de mate ze 4,07% overschrijden.
  • In de mate dat het voorschot de gedane inbreng (voor de grondige hervorming van het vennootschapsrecht in mei 2019, kwam dit neer op het “gestort kapitaal”) overschrijdt verhoogd met de belaste reserves.

Dit heeft als gevolg dat de interesten die in dividenden geherkwalificeerd worden niet meer aftrekbaar zijn voor de vennootschap (en dus onderworpen zal zijn aan de vennootschapsbelasting) en tevens onderworpen worden aan een roerende voorheffing van 30%.

Conclusie: Het kan aangewezen zijn om een schuld op rekening courant op te bouwen t.o.v. uw vennootschap. Om echter een herkwalificatie te vermijden zal het alsdan raadzaam zijn nauwgezet rekening te houden met de voormelde grenzen.

Simon Boon Jurist bij Pareto

[1] MFI= Monetair financiele instellingen