Neen, de kinderen van uw stiefkinderen worden niet op dezelfde wijze behandeld als uw kleinkinderen ! – Wanneer de fiscaliteit van de successierechten de emotionele werkelijkheid niet weerspiegelt
Het is voor niemand nog een verassing, het begrip gezin is vandaag de dag breder dan ooit, het aantal wedersamengestelde gezinnen is namelijk fors gestegen de voorbije jaren.
Vaak zijn het grootouders die zich ontfermen over de kinderen uit een vorige relatie van de nieuwe partner van hun zoon of dochter, en zij maken geen enkel emotioneel onderscheid met de manier waarop ze hun eigen kleinkinderen behandelen.
Het is dus perfect natuurlijk dat deze grootouders, wanneer zij hun successie beginnen te regelen, de wens hebben om deze zogenaamde ‘stief’-kleinkinderen op gelijke wijze te behandelen als hun natuurlijke kleinkinderen.
Maar kijk uit voor de valkuil. Het Belgische recht heeft weliswaar de neiging zich aan te passen aan deze nieuwe gezinssituaties, maar dit is niet altijd zo in de fiscaliteit, meer specifiek inzake de erfbelasting die verschuldigd is door de ‘stiefkleinkinderen’.
Een fiscale ongelijkheid is effectief vastgesteld in de drie gewesten van ons land. De stiefkleinkinderen die een deel van de erfenis krijgen van hun ‘stiefgrootouders’ zijn namelijk onderworpen aan de tarieven van erfbelasting die gelden tussen derden. Die kunnen oplopen tot 55% in het Vlaamse Gewest, en tot 80% in het Waals en Brussels Gewest. De natuurlijke kleinkinderen genieten automatisch van de tarieven ‘in rechte lijn’, die ten hoogste 27% bedragen in het Vlaams Gewest en 30% in het Waals en Brussels Gewest. Deze ongelijke situatie, die onlangs weliswaar door het Grondwettelijk Hof als niet strijdig met de grondwet werd bevonden, riskeert daarom een fiscale nachtmerrie te worden op moment van overlijden van de grootouder die hiervan niet op de hoogte is.
En uw stiefkinderen? De lokale wetgevers nemen een volledig ander standpunt aan betreffende kinderen uit een vorige relatie van uw partner. In feite worden zij in de drie gewesten automatisch gelijkgesteld aan erfgenamen in rechte lijn. De gewestelijke regeringen rechtvaardigen deze gelijkstelling van de stiefkinderen met de erfgenamen in rechte lijn op grond van het principe van de duurzaamheid van het kerngezin. Ze drukken zo hun wil uit om gelijkheid te creëren inzake erfbelasting tussen de kinderen van een wedersamengesteld gezin.
Aldus zal het kind van uw wettelijk samenwonende partner of van uw echtgenoot (in het Vlaams Gewest is dit voor feitelijk samenwonende partners enkel zo indien het kind al minstens een jaar ononderbroken met zijn stiefouder samenwoont op moment van overlijden) kunnen profiteren van de tarieven ‘in rechte lijn’ indien u hem/haar een deel van uw nalatenschap wenst te legateren, alsof het om uw eigen kind zou gaan.
Maar wees hoe dan ook op uw hoede, deze gelijkstelling geldt exclusief op fiscaal vlak en niet op burgerrechtelijk vlak: uw stiefkinderen zullen niet automatisch van u erven. Indien u hen wenst te bevoordelen, zal u dit sowieso via een testament moeten laten optekenen.
Pareto – HNL – April 2020
Vul nu opnieuw de ‘corona-enquête’ in. Universiteit Antwerpen plaatst vandaag tot 22 uur opnieuw een vragenlijst online over de gedragsveranderingen bij de bevolking in het kader van de richtlijnen rond het coronavirus.