fbpx
/>

Een populaire manier van successieplanning, is de schenking van de aandelen van uw vennootschap aan uw kinderen, met voorbehoud van vruchtgebruik. Op die manier behouden de ouders als vruchtgebruiker stemrecht en controle over de vennootschap. Een belangrijke vraag die zich hier opwerpt: quid met de liquidatiereserves? Een uitkering van liquidatiereserves kan gezien worden als vruchten (lees: dividend) hetzij als kapitaal. In het eerste geval is het de vruchtgebruiker die het opstrijkt, in het tweede de naakte eigenaar

Op fiscaal vlak is het duidelijk, in artikel 18 WIB §1 wordt immers bepaald: “Dividenden omvatten: alle voordelen toegekend door een vennootschap aan aandelen en winstbewijzen hoe ook genaamd, uit welken hoofde en op welke wijze ook verkregen.” Het gaat dus duidelijk om een vrucht, aldus komt de liquidatiereserve toe aan de vruchtgebruiker in deze (fiscale) optiek.

Maar dit werkt niet zomaar door in het burgerlijk recht, waar er meer onenigheid bestaat in de rechtsleer. Een minderheidsstrekking oordeelt dat het duidelijk om een dividend/vrucht gaat, want het is immers niet het doel om de winsten te kapitaliseren en te herinvesteren. Integendeel, de liquidatiereserve is een mechanisme om winsten fiscaal optimaal uit te keren.

De meerderheid van de rechtsleer zegt echter dat de liquidatiereserve toekomt aan de naakte eigenaar. De winsten worden immers niet uitgekeerd als dividenden, maar wel toegevoegd aan een reserve. Vanaf dat moment maakt dit dan ook deel uit van het kapitaal. Een latere uitkering (na 5 jaar in principe) is volgens deze strekking dan ook een uitkering van kapitaal.

Om misverstanden en onduidelijkheden te vermijden, is het aangeraden om in de statuten van de vennootschap alsook in de schenkingsakte (als die nog niet verleden is) duidelijk te stipuleren aan wie de liquidatiereserve toekomt.

 

Simon Boon- Jurist Pareto

30 maart 2023

 

Privaat vastgoed in familiale vennootschap: gunsttarief in Vlaamse erf- en schenkbelasting?

Bij de vervulling van bepaalde voorwaarden kan een familiale vennootschap tegen een gunsttarief geschonken of nagelaten worden. In dat geval geldt er een vlak gunsttarief in de erfbelasting (3% in rechte lijn en tussen partners en 7% in andere gevallen) en een vrijstelling in de schenkbelasting.

De doorgeefschenking: tips & tricks

Wanneer u een erfenis krijgt van één van uw ouders, heeft u drie keuzes: deze aanvaarden, aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving of verwerpen. U wenst misschien meteen uw eigen kinderen te begunstigen met een deel van deze erfenis. Indien u ervoor kiest om de nalatenschap te verwerpen, ziet u echter af van de volledige erfenis. U kan niet slechts een deel van uw erfenis verwerpen om een ander deel te aanvaarden. Het is dus alles of niets. Bovendien zullen uw kleinkinderen, indien zij de erfenis wel aanvaarden, moeten instaan voor de erfbelasting, wat voor hun een grote kost kan zijn op een jonge leeftijd.

Uw vastgoed gemeubeld verhuren? Dit zijn de fiscale aandachtspunten.

Indien u overweegt uw investeringsvastgoed te verhuren, heeft u de mogelijkheid dit gemeubeld te doen. U kan hiervoor meerdere praktische redenen hebben, vaak omwille van de aard of bestemming van het vastgoed (vakantiewoning, appartement bestemd voor expats, studentenkot,…). We willen in dit artikel even stilstaan bij de fiscale aspecten van gemeubelde verhuur.