Bestuurders van vennootschappen – Vennootschapsbelasting
Als zelfstandige kunt u uw beroepsactiviteit uitoefenen als natuurlijke persoon of als vennootschap. Een van de belangrijkste verschillen bestaat in de belastingheffing.
Als bedrijfsleider kunt u beslissen in welke vorm u loon uitkeert.
De klassieke bezoldiging die u zichzelf als bedrijfsleider betaalt, is enerzijds onderworpen aan sociale zekerheidsbijdragen en anderzijds aan personenbelasting.
De rekening is vrij hoog, aangezien de fiscale kost van de klassieke bezoldiging snel oploopt tot 60 %. Dit betekent dat van de 100 EURO die uw activiteit oplevert, er 40 daadwerkelijk in uw zak terechtkomen.
Het goede nieuws is dat u, naast de traditionele verloning, bijvoorbeeld huur kunt vragen aan uw bedrijf, een groepsverzekering kunt afsluiten, uzelf een dividend kunt uitkeren, etcetera. Al deze alternatieve bezoldigingen hebben hun voor- en nadelen.
De verschillende mogelijkheden om geld uit uw bedrijf te halen hebben allemaal hun eigen fiscale, financiële en organisatorische gevolgen. Het is belangrijk om de gevolgen van uw keuze voor zowel de onderneming (vennootschapsbelasting) als het individu (personenbelasting, sociale premies) in aanmerking te nemen.
U moet deze opties zo combineren opdat u op de meest voordelige manier geld uit uw bedrijf haalt.
Aangezien elk bedrijf anders is en iedereen andere doelstellingen heeft, bestaat er geen ideale combinatie. Het komt er dus op aan een menu samen te stellen volgens de specifieke kenmerken van uw bedrijf en uw verwachtingen.
Idealiter gaat u eerst over tot eliminatie, niet alle mogelijkheden zijn op ieders situatie van toepassing.
U kunt bijvoorbeeld geen huur vragen aan uw bedrijf als u zelf privé geen gebouw bezit.
Een kapitaalvermindering is evenmin mogelijk indien u niet voldoet aan de vereisten van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.
Daarom moet u een eerste selectie maken van de tactieken die u kunt gebruiken.
Begin dan, voor zover mogelijk, met de goedkoopste om daarna over te gaan naar de duurste.
Hier volgt een overzicht van enkele technieken :
- Huren ;
- Interest ;
- Liquidatiereserve ;
- Verminderde roerende voorheffing (VVPR-bis) ;
- Auteursrechten ;
- Voordelen alle aard (auto, huis, verwarming en elektriciteit, enz.) ;
- Groepsverzekering (individuele pensioentoezegging) ;
- Gratis aanvullend pensioen voor zelfstandigen (PCLI) ;
- Vruchtgebruik van onroerend goed ;
- Onkostenvergoedingen ;
- Aandelenopties.
Om de beste strategie te bepalen is het belangrijk dat u zich laat begeleiden door deskundigen die uw situatie analyseren en bepalen welke mechanismen en alternatieve inkomsten moeten worden gekozen.
Bovendien evolueert dit onderwerp naarmate de wetgeving verandert. Daarom is het belangrijk de gebruikte technieken regelmatig opnieuw te evalueren.