fbpx
/>

1. Personenbelasting

Als rijksinwoner van België bent u verplicht om belasting te betalen op uw jaarinkomen, de zogenaamde personenbelasting.

Sinds de zesde staatshervorming wordt deze belasting gedeeld tussen de federale overheid -die de exclusieve bevoegdheid behoudt voor het bepalen van de belastinggrondslag, de belasting op roerende inkomsten (interesten, dividenden, etc.) en op bepaalde diverse inkomsten (bv. meerwaarden op effecten), de roerende voorheffing, de bedrijfsvoorheffing evenals de de belastingdienst- en de gewesten -die opcentiemen mogen heffen op een deel van de personenbelasting (bekend als “de Gereduceerde Belasting Staat”), belastingverminderingen en -kredieten mogen toekennen en belastingverlagingen en -verhogingen mogen toepassen. Aan deze personenbelasting moet, indien van toepassing, de gemeentebelasting worden toegevoegd (ook bekend als “aanvullende gemeentebelasting of gemeentelijke opcentiemen”). Het bevoegde gewest en de bevoegde gemeente zijn die waar u op 1 januari van het aanslagjaar uw fiscale woonplaats hebt.

2. Vennootschapsbelasting

Als u een vennootschap heeft in België, is deze onderworpen aan de vennootschapsbelasting als: 1/ ze rechtspersoonlijkheid heeft, 2/ ze haar maatschappelijke zetel of haar voornaamste inrichting in België heeft, en 3/ ze zich bezighoudt met verrichtingen of handelingen van winstgevende aard. Deze belasting wordt dus geheven door de federale overheid.

3. Onroerende voorheffing

Onroerende voorheffing is een gewestelijke belasting die u elk jaar moet betalen op het eigendom (huis, flat, grond, etc.) dat u bezit in volle eigendom, erfpacht, opstal of vruchtgebruik. Deze belasting wordt berekend op basis van het geïndexeerde kadastrale inkomen van het onroerend goed. De onroerende voorheffing is verschuldigd in het gewest waar het onroerend goed is gelegen.

Bij deze onroerende voorheffing komen, indien van toepassing, de gemeentebelasting en de provinciebelasting (ook wel “aanvullende provinciebelasting of provinciale opcentiemen” genoemd).

4. Registratierechten en erfbelasting

De registratierechten zijn een gewestelijke belasting die verschuldigd is na de registratie van een akte of document. Deze belasting wordt op federaal niveau geheven door de FOD Financiën (voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Waals Gewest) of door VLABEL (voor het Vlaams Gewest). De gewesten zijn verantwoordelijk voor het bepalen van de belastingtarieven, de belastinggrondslag en de belastingvrijstellingen en -verminderingen, die verschillen afhankelijk van de beoogde transactie. Als u een aankoopakte van een onroerend goed ter registratie indient, is het gewest waar het onroerend goed gelegen is, verantwoordelijk voor het bepalen van het bedrag van het verkooprecht. Als u een schenkingsakte van onroerend goed ter registratie indient, is het gewest waar de schenker de laatste vijf jaar voorafgaand aan de schenking het langst gedomicilieerd was, verantwoordelijk voor het bepalen van de hoogte van de schenkbelasting.

Erfbelasting is een gewestelijke belasting die betaald moet worden na een overlijden. De FOD Financiën (voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Waals Gewest) of VLABEL (voor het Vlaams Gewest) is verantwoordelijk voor de inning van deze belasting. Het bepalen van de belastingtarieven, de belastinggrondslag en de belastingvrijstellingen en -verminderingen blijft de verantwoordelijkheid van het gewest waar de overledene het langst zijn fiscale woonplaats had gedurende vijf jaar voor zijn overlijden.

5. Belasting op toegevoegde waarde (btw)

Btw is een verbruiksbelasting die u moet betalen aan de federale overheid op de levering van goederen en diensten.

6. De casus

Meneer en mevrouw bezitten een huis te Lasne, dat hun hoofdverblijfplaats is. Ze bezitten ook een tweede woning in Knokke-Heist.

Meneer en mevrouw zijn onderworpen aan de federale personenbelasting, met toepassing van de aanvullende belasting van het Waalse Gewest en de gemeente Lasne. In het bijzonder zullen zij in hun personenbelasting kunnen genieten van het belastingkrediet met betrekking tot de Waalse wooncheque.

Ten tweede, en voor zover meneer en mevrouw een eigendom bezitten in het Waalse Gewest en een andere in het Vlaamse Gewest, zullen ze onderworpen zijn aan de onroerende voorheffing op deze eigendommen in deze twee gewesten.

Tot slot, in het geval van een schenking van een van hun eigendommen of het overlijden van een van hen, zal het Waals Gewest verantwoordelijk zijn voor het bepalen van het bedrag van de schenk- en erfbelasting. Als de heer en mevrouw daarentegen in het kader van hun successieplanning beslissen om een studio in Elsene gesplitst aan te kopen, zal het Brussels Hoofdstedelijk Gewest het bedrag van de verschuldigde verkooprecht bepalen.